Mijn eerste gevoelige start
Toen ik startte op het Conservatorium van Rotterdam had ik al de nodige ervaring achter de rug. Ik had in allerlei bands gespeeld. Zoals ITM (met Candy Dulfer), Jimmy James and the Blue Flames en De Dijk. Dus ik dacht: “Nou dat conservatorium wordt een eitje voor me”. Ik had best wel een attitude.
Na de eerste maand op het conservatorium piepte ik wel anders. Ik leerde van Jarmo een mooie 2-5-1 lick en hij zei; ‘Zo nu zijn we begonnen’. Ik moest deze lick in 12 toonsoorten uit het hoofd leren. Dus stampte ik deze lick, met behulp van de begeleiding tracks van Jamey Aebersold, in mijn hoofd alsof het Duitse naamvallen waren. Ik leerde deze licks zo goed uit mijn hoofd dat ze tegenwoordig nog steeds in mijn solo’s voorbij komen. De methode werkte wel, want de licks bleven hangen en ik leerde steeds beter om uit mijn hoofd te spelen.
Toch bleef er iets knagen. Ik deed alles wat er van me gevraagd werd en speelde bij elk akkoord de juiste ladders, licks en patronen. Het klopte wat ik speelde maar het klonk passieloos. Ik dacht: “Wat is er mis met me?.”
Pas jaren later begreep ik het, soleren gaat voor mij niet over het spelen van de juiste ladder op het juiste moment. Soleren is voor mij:
• Het spelen van een solo op de muziek waar ik van hou.
• Het echt begrijpen van de muziek, zodat ik onbewust bekwaam over een stuk heen kan spelen.
• Spelen wat ik kan spelen.
• Dicht bij mezelf blijven.
• In een vertrouwde omgeving op avontuur kunnen gaan.
• Op zoek gaan naar mijn onderbuikgevoel.
Voor al deze aspecten is het gevoelsmatig begrijpen van muziek het allerbelangrijkste. Niet de hersenen maken muziek, nee het hart maakt muziek.
En vanuit dit motto is de workshop ‘A Sensitive Kind’ ontstaan.